Vandaag ondertekenden de provincie, gemeente Waalwijk en 6 organisaties een nieuwe Green Deal. Het doel: de bedrijventerreinen in Waalwijk flink verduurzamen. Samen investeren de 8 partijen € 750.000 euro om de Waalwijkse bedrijventerreinen te verduurzamen.

Deze deal 2.0, een vervolg op de eerdere Green Deal uit 2020, heeft een looptijd van 3 jaar, gaat een flinke stap verder en heeft duidelijke doelstellingen. Zo moet de CO2-uitstoot omlaag, komen er meer zonnepanelen op grote bedrijfsdaken, worden bedrijventerreinen groener en komt er meer ruimte voor water. Er is speciale aandacht voor bedrijventerrein Haven.

Versnelling is mogelijk

Met de nieuwe Green Deal committeren de ondertekenaars zich aan de verduurzaming van bedrijventerreinen in de gemeente Waalwijk en de bedrijven die zich daar bevinden. Wethouder Sheila Schuijffel legt uit: “Dat zoveel partijen de deal ondertekenen, laat zien dat we dit allemaal echt belangrijk vinden. We hebben een enorme klus te klaren en met de Green Deal brengen we focus aan in onze aanpak. Gezamenlijk, als overheden én bedrijven in de Stichting Waalwijk CO2 vrij.” Gedeputeerde Anne-Marie Spierings (Energie) vult aan: “Met deze Green Deal bouwen we voort op de jarenlange inzet van alle partijen in Waalwijk, waarbij we zon op bedrijfsdaken hebben gerealiseerd en een aantal ondernemers gestart zijn met batterijopslag. De lessen die we hier leren gaan we vervolgens ook delen en toepassen in de rest van Brabant.”

Energie- en klimaatscans

De ambities zijn groot. In 2026 moeten er zonnepanelen liggen op minimaal 25% van de bedrijfsdaken groter dan 1.000 vierkante meter. De CO2-uitstoot moet in 2025 van 95 kiloton naar 61 kiloton gedaald zijn en in 2030 naar 31 kiloton. En in 2025 moet er 10% meer groen op de bedrijventerreinen zijn. Schuijffel: “Om dat te bereiken bieden we advies aan de deelnemende bedrijven en we voeren energie- en klimaatscans uit om de kansen per bedrijf in kaart te brengen. Daarnaast starten we een communicatiecampagne om bedrijven bewuster te maken van de mogelijkheden.” 

Bedrijventerrein Haven: onderdeel van project Grote Oogst

Op bedrijventerrein Haven wordt gestart met de ontwikkeling van een ‘Energy Hub’, waar bedrijven lokaal (duurzame) energie uit kunnen wisselen en zo geen beroep meer doen op het (volle) energienet. Dit is onderdeel van het project Grote Oogst van de provincie Noord-Brabant. Binnen dit project worden 13 Brabantse bedrijventerreinen sneller verduurzaamd. Dit zijn de bedrijventerreinen waar veel winst te behalen valt op gebied van stikstof, energie, klimaatadaptatie en circulaire economie. Gedeputeerde Erik Ronnes (Wonen en Ruimte): “Slimme verduurzaming van bedrijventerreinen, wat onder andere zorgt voor reductie van stikstofuitstoot, doen en kunnen we niet alleen. Voor het succes van Grote Oogst is het van groot belang dat veel betrokken partners van bedrijventerreinen samenwerken. Ik ben blij dat dit in Waalwijk gelukt is.”

Ondertekenaars

De volgende partijen hebben op 28 november de Green Deal ondertekend. Samen willen zij minimaal 160 bedrijven in Waalwijk laten deelnemen aan de projecten, waarvan 100 bedrijven op bedrijventerrein Haven. In februari 2023 organiseert Stichting Waalwijk CO2-vrij een bijeenkomst voor alle geïnteresseerde ondernemers in de gemeente Waalwijk.

  • Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM)
  • Gemeente Waalwijk
  • Midpoint Brabant
  • Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB)
  • Parkmanagement Waalwijk B.V.
  • Provincie Noord Brabant
  • Stichting Waalwijk CO2 vrij
  • Waterschap Brabantse Delta
28-11-2022
Event
Webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’
Webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’

Een van de leidende principes in veel beleidsstukken is dat ruimte voor economie niet mag afnemen. Een no net loss dus. Maar hoe geef je dat handen en voeten? Het omgevingsprogramma is een krachtig beleidsinstrument uit de Omgevingswet, die zich bij uitstek leent om, samen met gebiedspartners, ruimtelijk-economische ambities concreet te maken.  Op dinsdag 18 november organiseren vakblad BT en TwynstraGudde het webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’. Met in de hoofdrol vier gemeenten die pionierden met het omgevingsprogramma.  Je leert:  Welke soorten omgevingsprogramma’s er zijn (thematisch- of gebiedsgericht) en welk type zich het beste leent voor welk doel;  De afweging maken of het omgevingsprogramma een geschikt instrument is om jou/jullie ruimtelijk-economische ambities verder invulling te geven;  Hoe je bestaand beleid door vertaalt naar een omgevingsprogramma, en wat de toegevoegde waarde is;  Welk type maatregelen in een omgevingsprogramma kunnen worden opgenomen, zoals fysieke acties (ruimreserveringen), juridische instrumenten (regels of uitsluitingen), financiële prikkels/fondsen, maar ook ‘softere’ maatregelen zoals campagnes en het organiseren van netwerken (met bedrijfsleven of kennisinstellingen);  Hoe je van een omgevingsprogramma tot programmatisch werken en uitvoering komt;  Hoe een omgevingsprogramma de weg plaveit naar een algemeen bindend omgevingsplan.  MELD JE METEEN AAN!   PROGRAMMA  09.30 uur  Introductie ‘programma onder de Omgevingswet’  Puck Brunet de Rochebrune & Anouk Paris, resp. principal adviseur en senior adviseur Ruimte, Wonen & economie, TwynstraGudde   09.45 uur  Praktijkcasus 1: Werken aan een balans tussen agrarisch landgebruik, bedrijventerreinen en recreatie – Omgevingsprogramma Economie, Gemeente Putten   Reinard de Jong - Manager Opgaven, Programma's en Projecten, Gemeente Putten en Puck Brunet de Rochebrune (TwynstraGudde)  10.00 uur  Praktijkcasus 2: Beter benutten bestaande bedrijventerreinen, kantoorlocaties en overige werklocaties - Omgevingsprogramma werklocaties, Gemeente Amersfoort  Marco van Hoek, programmamanager Werken, Gemeente Amersfoort  10.15 uur  Praktijkcasus 3: Vastleggen lange termijnvisie en maatregelen op een bedrijventerrein, mét ondernemers – Gebiedsgericht omgevingsprogramma voor bedrijvenpark ‘De Boezen’, Pijnacker   Kjell Wansleeben, senior adviseur Ruimte, Gemeente Pijnacker-Nootdorp  10.30 uur  Praktijkcasus 4: Gemeente Urk (nader in te vullen)  Sjane Marie van Urk, beleid Ruimtelijke Ordening, Gemeente Urk  10.45 uur  Einde  FACTS & FIGURES  Wat: Webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’.  Wanneer: Dinsdag 18 november 2025, 09.30 uur – 10.45 uur.  Kosten: Het is een gratis webinar. Voor wie: EZ-ambtenaren van gemeenten, provincies en rijk, medewerkers van ontwikkelings- en herstructureringsmaatschappijen en iedereen die bezig is met het realiseren van ruimtelijk-economische ambities.  Aanmelden  

18-11-2025
Nieuws
Flevoland investeert in toekomstbestendige bedrijventerreinen
Flevoland investeert in toekomstbestendige bedrijventerreinen

Om Flevolandse bedrijventerreinen toekomstbestendig te maken, sluiten we ons aan bij het programma Werklandschappen van de Toekomst. Op 5 maart 2025 werd hiervoor de Green Deal ondertekend. Dit betekent dat Flevoland, samen met gemeenten, ondernemers en andere partners, de overstap naar duurzame en toekomstbestendige werklocaties versnelt.   Waarom is dit nodig?  Nederland telt zo’n 4.000 bedrijventerreinen. Flevoland telt ruim 100 bedrijventerreinen, waar ruim 85.500 banen zijn gevestigd. Dat is ongeveer 37% van de totale werkgelegenheid in Flevoland. Deze bedrijventerreinen zijn van sociaal en economisch belang, maar hebben steeds vaker te maken met wateroverlast en droogte.   Zo zorgt extreme warmte onder andere voor onprettige werkomstandigheden. Hevige regenval kan wateroverlast veroorzaken. Droogte kan de kwaliteit van de omgeving aantasten. Daarom is een integrale aanpak nodig: bedrijventerreinen moeten niet alleen economisch sterk zijn, maar ook klimaatbestendig en natuurinclusief.    Wat betekent dit voor ondernemers?   Door bedrijventerreinen toekomstbestendig te maken, wordt niet alleen de leefbaarheid en veiligheid vergroot, maar kunnen ondernemers ook profiteren van een prettiger werkklimaat en lagere kosten door bijvoorbeeld energiebesparing. Gedeputeerde Toon van Dijk (Economie, Onderwijs & Arbeidsmarkt) licht toe: “Met dit programma investeert provincie Flevoland in toekomstbestendige bedrijventerreinen. Door deze gebieden slim te herinrichten en beter te benutten, creëren we aantrekkelijke werkplekken en maken we ze klaar voor de toekomst.”    Werklandschappen van de Toekomst  Als partner in het programma dragen we bij aan onze ambities op het gebied van ruimtelijke economie, klimaatadaptatie, biodiversiteit, energietransitie, gezondheid en circulaire economie. Er komt een zogenoemd ‘ambassadeursterrein’ in Flevoland, waar kennis en innovaties worden gedeeld. Daarnaast wordt gewerkt aan opschaling en aanvullende maatregelen die ondernemers ondersteunen bij de verduurzaming van hun terrein.   Met deze stap zet Flevoland zich in voor bedrijventerreinen die niet alleen economisch sterk zijn, maar ook klaar voor de uitdagingen van morgen.

05-03-2025
Nieuws
'Leuk die woningbouw, maar zonder werklocaties wacht deze provincies economische stilstand'
'Leuk die woningbouw, maar zonder werklocaties wacht deze provincies economische stilstand'

De groene provincies Gelderland en Overijssel maken zich op voor de komst van ruim 200.000 nieuwe woningen. Plannen waar die honderdduizenden nieuwe inwoners moeten werken zonder dat de snelwegen dichtslibben en het ov vastloopt, ontbreken evenwel. 'We kunnen de groei van onze eigen bedrijven niet eens faciliteren.' ‘We moeten niet op een kluitje in de Randstad wonen’, beargumenteerde voormalig woonminister Hugo de Jonge zijn besluit om na 2030 zo’n één miljoen woningen buiten de Randstad te bouwen. Sindsdien zoeken niet-Rand­stedelijke bestuurders naarstig naar geschikte woninglocaties. Zo ook in Oost-Nederland, dat de bosrijke en heuvelachtige Veluwe van Gelderland en het weidse coulisselandschap en het stroomgebied van de IJssel en Vecht van Overijssel omvat. Regio Zwolle ziet kans 50.000 woningen te realiseren tot 2040, metropoolregio Arnhem-Nijmegen wil er 50.000 tot 60.000 voor zijn rekening nemen. De Stedendriehoek tussen Apeldoorn, Deventer en Zut­phen heeft tot 2035 plannen voor 30.000 tot 40.000 woningen. Foodvalley, dat loopt van Barneveld tot Wageningen, ambieert 25.000 extra huizen. Twente en de Achterhoek mikken tot 2035 respectievelijk op 22.000 en 15.000 nieuwe woningen. Provincie en gemeenten richten zich primair op binnenstedelijke woningbouw en dorpsinbreiding. Een stad als Deventer heeft zelfs een hoogbouwvisie geformuleerd nu er woontorens tot 70 meter hoog zijn gepland. Maar zonder inzet van landbouwgronden zijn de gewenste aantallen onhaalbaar, erkennen de bestuurders. Niet straffeloos ‘De woonkwaliteit van de oostelijke ­gordel is onomstreden’, stelt Paul Bleumink, medeop­richter en managing partner van Buck Consultants International. ‘Ik zie al flink wat Randstedelingen huizen kopen in Apeldoorn en andere gebieden van Oost-­Nederland. Grote winst is dat de voorzieningen daardoor overeind blijven. Meer inwoners in Oost-Nederland betekent meer detailhandel, diensten en andere economische dynamiek. Maar straffeloos tienduizenden ­woningen erbij kan niet. De prijs is dat er groen ­verdwijnt en de filedruk toeneemt door meer woon-werkverkeer en vrachtverkeer.’ Economische functies nodig Over de economische implicaties van de woningbouwambities wordt volgens Bleumink niettemin onvoldoende nagedacht. ‘Al deze gebieden willen een schaalsprong. Gedeputeerden en wethouders vertellen enthousiast over toekomstige woongebieden, maar over hoe die enorme uitbreiding de economie beïnvloedt hoor je ze niet of nauwelijks. Veel woningbouwlocaties staan al ingetekend, maar de benodigde economische functies en met name de nieuwe bedrijventerreinen ontbreken op de plankaarten. Een structuurvisie waarin alle functies integraal zijn verweven is bovendien meestal een vorm van wensdenken. Het doet pas pijn als je echt gaat ontwikkelen.’ Bestuurders trekken weliswaar ‘hun been bij’ de laatste tijd, maar niet per se op een uitgedachte wijze. ‘Ze willen geen blokkendozen meer langs snelwegcorridors, geen externe logistiek, geen slachterijen of vervuilende industrie. Maar al die nieuwe inwoners moeten ook consumeren, winkelen en recreëren. Met alleen spannende woonwerkmilieus en hippe kantoren in het centrum voor hightech- en creatieve bedrijven kom je er niet. Bestaande bedrijventerreinen beter benutten, ze renoveren, verduurzamen en verdichten is goed, maar niet afdoende. Ook al omdat dit in de praktijk niet of zeer moeizaam op gang komt.’ Nieuwe werklocaties Wat politici niet uitspreken, stelt Bleumink, is dat er dringend nieuwe werklocaties nodig zijn. ‘Tien jaar geleden was in Oost-Nederland nog een overschot aan terreinen. Overheden moesten leuren met hun grondposities. Tot voor kort waren er ook voldoende locaties te ontwikkelen; langs snelwegen, kenniscampussen en rond stations. Maar die planvoorraad is vrijwel uitgeput. Voor de eigen bedrijven is al geen ruimte meer. Oost-Nederland kent veel gerenommeerde regionale bedrijven – van maakindustrie, transport- en bouwbedrijven tot voedselproducenten – die door het ontbreken van uitbreidingsruimte de komende jaren in de problemen komen. Dat speelt met name in Regio Zwolle, de Stedendriehoek en metropoolregio Arnhem-Nijmegen.’ NVM Business-data van eind 2024 bevestigen dat beeld. De gemiddelde leegstand van bedrijfsruimte in het oosten ligt tussen de 4 en 4,5 procent, onder een ‘gezonde’ frictieleegstand van 5 procent. Moderne bedrijfsruimte onder de 1.000 m2 is nauwelijks te vinden, aldus de branchevereniging. De situatie op de kantorenmarkt is minder nijpend. De kantorenleegstand in de grootste steden is de afgelopen tien jaar gehalveerd naar 8 (Gelderland) tot 10 procent (Overijssel). In steden als Deventer, Hengelo en Almelo zelfs van respectievelijk 27, 28 en 29 procent naar 8 tot 9 procent, dankzij woningonttrekking, het ontbreken van nieuwbouw en terugkerende bedrijven. Amper nieuwe kavels Roy Alofs, mede-eigenaar en managing partner van vastgoedadviseur Rebo Groep uit Deventer, ziet de acute situatie op de bedrijfsruimtemarkt met lede ogen aan. ‘Het knelt overal in Oost-Nederland. Nieuwe kavels zijn er amper, uitbreiden van bestaande vestigingen is heel lastig en bedrijven moeten wijken voor woningbouw. Soms duurt het jaren voordat we een bedrijf aan een nieuwe of grotere locatie kunnen helpen. Zelfs als alles er is – grond, geld en groen licht van de gemeente – lukt het niet altijd. Zo had een technische groothandel, een hele grote werkgever in de Achterhoek, een akkoord over nieuwbouw op A18 Bedrijvenpark in Doetinchem. Een stroomaansluiting is echter pas in 2029 beschikbaar. Het familiebedrijf heeft de bijna 15 hectare grond nu weliswaar afgenomen, maar er is jaren vertraging.’ Bedrijven dupe van nieuwe woningen Alofs begrijpt dat bedrijventerreinen plaats moeten maken voor woningen, maar de daar gevestigde bedrijven zijn daarvan vaak de dupe. ‘Zo heeft de gemeente in Spoorzone Arnhem-Oost op een deel van de ­bedrijventerreinen voorkeursrecht ­gevestigd. Ook al is er een visie voor een gemixt woon-werkmilieu met zevenduizend woningen en vijfduizend banen, de bestaande bedrijven moeten daar uiteindelijk weg. Vervangende bedrijfsruimten of bedrijfskavels zijn er lang niet altijd.’ ‘We zien het ook in Deventer, waar geen bedrijfskavel meer is te krijgen. Het stadsbestuur heeft nu voorkeursrecht op het Haveneiland gevestigd, waar onder meer bouwgroothandel Pontmeyer is gevestigd nabij het al te herontwikkelen Roto Smeets-terrein. Bedrijven moeten hun grond en vastgoed eerst aan de gemeente aanbieden, zodat er woningen kunnen worden gebouwd. Ik ben groot voorstander van meer woningbouw, maar mkb’ers en de maakindustrie – die relatief veel ruimte nodig hebben – worden weggedrukt. Ik ken zelfs een bedrijf dat is gestopt, omdat ze zonder nieuwbouw of uitbreiding de concurrentieslag verloren.’ Doorstroming bedrijven stokt Vanuit het Twentse Hengelo ziet vastgoed­adviseur Niels Euverman hetzelfde gebeuren. Hij is behalve NVM Business-bestuurslid oprichter en directeur van vijf woningkantoren en een bedrijfsmakelaardij die heel Oost-Nederland bestrijken. Dat verouderde bedrijventerreinen veranderen in woongebieden, zag hij tot voor kort als iets positiefs. ‘In Twente zijn veel bedrijfsverplaatsingen geweest van gedateerde kantoren en bedrijfspanden naar nieuwbouwlocaties. Op deze verouderde bedrijventerreinen konden gemeenten de vraag naar grondgebonden woningen invullen. We kunnen onze binnensteden niet eindeloos verdichten met appartementengebouwen. Maar nu stokt de doorstroming van bedrijven. Bedrijven in Twente hebben behoefte aan grote kavels. In steden als Almelo en Hengelo zijn nagenoeg alle nieuwbouwlocaties uitverkocht. Om aan de bedrijfsvraag te voldoen, hebben we in Twente de komende vijftien jaar 120 tot 200 hectare grondposities nodig.’ Betere bereikbaarheid Alle drie benadrukken bovendien de noodzaak van een betere bereikbaarheid. ‘In Oost-Nederland hebben vrijwel alle huishoudens een of twee auto’s, omdat het openbaar vervoer ontoereikend is. Ik zie echter geen mobiliteitsplannen om de komst van honderdduizenden nieuwe bewoners in Oost-Nederland in goede banen te leiden’, constateert Alofs. Euverman en Bleumink hopen dat knooppunt Hoevelaken na het schrappen van het masterplan uit 2019 wordt aangepakt en de A1 tussen Amersfoort en Apeldoorn versneld wordt verbreed. ‘Ook de frequentie en snelheid van treinverbindingen in alle windrichtingen moeten fors omhoog. We hebben de aandacht van het Rijk, maar de miljarden die Eindhoven wel krijgt ontbreken hier nog’, aldus Euverman. Stedendriehoek Hoewel er nog geen uitgewerkte plannen op tafel liggen, lijkt de Stedendriehoek het verst gevorderd met zijn economische antwoord op de schaalsprong. De steden en dorpen zijn in gesprek met het bedrijfsleven om de vastgoedvraag in kaart te brengen. Dat moet dit jaar resulteren in een bedrijvenprognose 2030-2040 met daarin de kwalitatieve en kwantitatieve ruimtevraag. Daarna willen de bestuurders afspraken over de uitbreiding van bedrijventerreinen in 2030, met een doorkijk naar 2040. De steden willen ook hun infrastructuur op orde brengen. Zo pleit de Stedendriehoek voor een derde IJsselbrug in Zutphen. ‘We kunnen niet alleen woonwijken neerzetten en verder niets. Voor het verbeteren van openbaar vervoer en infrastructuur zijn we afhankelijk van het Rijk’, zei burgemeester van Deventer Ron König eind 2024 tegenover De Gelderlander. Tijd om te handelen BCI-managing partner Bleumink meent eveneens dat het Rijk ‘niet aan de zijlijn’ kan blijven staan. ‘De tijd van praten is voorbij, nu moet er naar gehandeld worden. Begin met de bouw van enkele nieuwe bovenregionale bedrijventerreinen. Daarvoor is al snel 200 hectare nodig. Locaties langs een doorgaande verbinding die gemakkelijk zijn aan te sluiten op bestaande infrastructuur, liggen het meest voor de hand. Dan kom je uit op land met een agrarische bestemming langs de A1, A50 en A12. Daarvoor moeten bestuurders hun verantwoordelijkheid nemen en heldere keuzes maken. Als ze gezamenlijk de meest geschikte locaties bepalen, een paar boeren uitkopen en al hun bestuurskracht inzetten, kan er veel. Provincie en gemeenten moeten die dan wel in regionaal verband gezamenlijk ontwikkelen. Voor alleen een marktpartij zijn de risico’s en ontwikkelkosten te hoog en is de looptijd te lang.’ In Twente vestigt makelaar Euverman zijn hoop op de tweede fase van XL Businesspark Twente aan de A35 in Almelo. ‘XL Park 1, ­ingericht als logistieke en industriële bedrijvencampus, zit helemaal vol. In februari heeft de gemeenteraad ingestemd met XL Park 2 van 132 hectare, bestemd voor bedrijven uit de tech-, productie- en logistieke sector die kavels groter dan 3 hectare nodig hebben. De juridische procedure zal vanwege de ­stikstofcrisis helaas jaren kosten. Maar zonder ­dergelijke nieuwbouw wacht de Twente economische stilstand.’ Gepubliceerd op 17 maart 2025 op vastgoedmarkt.nl Beeld: Marco Baas / Shutterstock

19-03-2025
Aanmelden nieuwsbrief